Schadeclaims voor turbineparken die niet door dreigen te gaan zijn een gewild drukmiddel tegen gemeentes. Initiatiefnemers kunnen echter pas rechten doen gelden als alle procedures zijn doorlopen en de bouwvergunning definitief is. De kans dat een plan strandt is altijd aanwezig, en moet als normaal bedrijfsrisico beschouwd worden. Gemeentebesturen hebben het recht om hun visie aan te passen aan voortschrijdende kennis en inzichten hun besluiten bij te stellen, zo vindt de bestuursrechter.

De gemeenteraad van Deventer overweegt om de bouw van twee windturbines aan de rijksweg A1 te annuleren, maar maakt zich zorgen over een eventuele schadeclaim van de projectontwikkelaar Raedthuys. Die claim is niet denkbeeldig, want initiatiefnemers voor windmolenparken proberen daar gemeentes vaak mee bang te maken. Zij hebben de rechter echter niet mee, en voor zover wij weten in Nederland nog nooit zo’n claim gehonoreerd.
Interessant in dit verband is de zaak Wervershoof (Noord-Holland) uit 2009. Ook hier hadden initiatiefnemers geprobeerd de raad met schadeclaims onder druk te zetten, en toen dat niet hielp stapten zij naar de rechter. Zij beriepen zich op een notitie waarin de gemeente had beloofd mee te werken aan een opstelling van zes windturbines, en daarmee de verwachting zou hebben gewekt dat het bestemmingsplan gewijzigd zou worden.
Het Gerechtshof Amsterdam wees er op dat een wijziging van een bestemmingsplan met allerlei waarborgen is omgeven, en dat daarbij niet slechts het belang van één partij de doorslag zal geven. Van begin af aan moet de initiatiefnemers duidelijk zijn geweest dat ook andere belangen, met name die samenhangen met de leef- en woonomgeving een rol hebben gespeeld in de besluitvorming en dat daarmee de wijziging van het bestemmingsplan op voorhand met onzekerheden was omgeven.
De gemeente bezit een ruime mate van beleidsvrijheid om al dan niet bestemmingsplan te wijzigen. Daarbij heeft de gemeenteraad ook de vrijheid om op grond van veranderde inzichten het beleid te wijzigen dat oorspronkelijk aan de voorgestelde bestemmingsplanwijziging ten grondslag lag, aldus het Gerechtshof.
Initiatiefnemers zullen zich dus moeten beroepen op bestaande rechten die zij hebben verworven. Die zijn er namelijk pas als er een definitieve bouwvergunning is die alle procedures, eventueel tot bij de Raad van State, hebben doorlopen. Gemeentebesturen hebben recht op voortschrijdende kennis en inzicht en dienen daarnaar te handelen. De initiatiefnemers kennen de risico’s, stappen willens en wetens met een flinke zak geld het casino binnen in de hoop dat het dubbeltje hun kant op zal rollen. De kosten die de initiatiefnemers hebben gemaakt zijn volgens de rechter terug te voeren op een ondernemingsrisico.
Schadeclaims wegens maatwerk windturbinegeluid.
Een ander vorm van dreigen met schadeclaims vindt plaats in de gemeentes Hollands Kroon (Anna Paulowna) en Schagen (Zijpe). Deze claims hangen samen met de in 2011 versoepelde geluidsnormen voor windturbines. Hier staan turbines die de geluidsnorm van de vergunning die destijds is afgegeven overschrijden, maar wel onder de nieuwe norm blijven. De betreffende gemeentes zijn bevoegd maatwerk op te leggen waarmee de turbines weer aan de oude, op het omgevingsgeluid aangepaste norm dienen te voldoen. Helaas zwichten de gemeentes voor schadeclaims van de eigenaren. Om kans te maken zullen de eigenaren moeten aantonen dat zij bestaande rechten hebben, en die hebben ze niet. Ze bezitten slechts een vergunning met de oude milieueisen. Hen wordt niets ontnomen als de gemeentes zouden besluiten de oude normen in de vorm van maatwerk door te laten lopen.
Fred Jansen, 9 juni 2014.