In Texas, de staat met de grootste, geïnstalleerde windcapaciteit (bijna 10 GW) van de VS, gaan na 4 augustus 2010 stemmen op te stoppen met investeren in en subsidiëren van windenergie. Op die bloedhete dag lieten alle windturbines in de “Lone Star State” het nagenoeg afweten bij gebrek aan wind.

Terwijl om 5 uur ’s middags de vraag naar elektriciteit piekte op een absoluut recordniveau van 63,6 GW, was maar 5% van de turbinecapaciteit beschikbaar. Gezamenlijk droegen de turbines slechts 0,8% bij aan de totale productie. Dat de piekvraag niet tot een blackout leidde, kan maar een ding betekenen: er is voldoende conventionele capaciteit standby om de turbines een 100% backup te geven! 
Slate, “Blown in the Wind“, by Robert Bryce, 16 augustus 2010. 
In dit artikel wordt verwezen naar een publicatie in de Daily Telegraph, waar een vergelijkbare ervaring in het VK wordt beschreven. Afgelopen winter, tijdens de extreme koudeperiode in Groot-Brittannië in januari 2010, was er evenmin wind. De potentiële 5% windcapaciteit droeg daardoor gedurende een aantal dagen niet meer dan 0,2% bij aan de stroomproductie. 

The Daily Telegraph, “Wind farms produced ‘practically no electricity’ during Britain’s cold snap“, by Rowena Mason, 11 januari 2010
Onder extreme omstandigheden, hitte of kou, zijn de luchtdrukverschillen over uitgestrekte gebieden te verwaarlozen, met als gevolg: nergens wind. Dat betekent dat bij een groeiend aandeel van windenergie in de elektriciteitsproductie de leveringsbetrouwbaarheid van stroom navenant afneemt.

De conclusie is onvermijdelijk: om ook bij pieken aan de vraag te kunnen blijven voldoen, dient er voor windenergie in feite een volledige backup van conventionele centrales beschikbaar te blijven. Welke toegevoegde waarde hebben windparken zodoende nog en waarom zouden we er ons leefmilieu en belastinggeld aan opofferen? Een belangrijke vraag die beleidsmakers zich zeker moeten stellen, vooral als zij een toekomst voor ogen hebben, waarin een groeiend deel van ons wagenpark op “schone stroom” rijdt. Overigens wordt de zin dáárvan voor het milieu ook al in twijfel getrokken.

Als alle auto’s op stroom gaan rijden, zouden er – alleen al in Nederland – 20 centrales van 300 MW bijgebouwd moeten worden en als we de stroom met windturbines opwekken? Dan zouden we het huidige aantal turbines moeten verveertienvoudigen en die centrales evengoed moeten bouwen, als backup.

fd.selections, “Elektrisch spookrijden“, Hanno Bakkeren, 16 augustus 2010

In Noord-Europa krijgt de windlobby ook tegengas. Op zondag, 29 augustus, organiseert het European Platform Against Windfarms [EPAW] in Svalöv, Zuid-Zweden, een openluchtconcert / protestbijeenkomst tegen windparken met sprekers namens Duitsland, Finland en de Scandinavische en Baltische landen.

Bekijk hier het programma.