Hobby voor milieufreaks, of toch een serieus alternatief voor vervuilende kolengestookte energiecentrales? Het kabinet wil snel beginnen met het aanwijzen van geschikte locaties voor grote windmolenparken in de Noordzee. Hoe groen en schoon windenergie ook is, er zijn veel tegenstanders van windmolens. ‘Behalve de horizonvervuiling, zijn er ook veel technische bezwaren’, zegt Arie de Goederen van het Nationaal Kritisch Platform Windenergie (NKPW).

 

‘Op zee verpesten ze in elk geval het uitzicht niet, maar een probleem blijft dat het niet altijd even hard waait. Als het plotseling windstil wordt, net als ‘s morgens vroeg de vraag naar energie flink stijgt, moeten andere centrales ineens extra hard werken om het verschil te compenseren. In Texas, waar ook veel windenergie gebruikt wordt, moest de netbeheerder vorige week een aantal grote afnemers afsluiten omdat het windstil werd.’

 

‘Marginale invloed windenergie’
De Nederlandse netbeheerder Tennet erkent dat de schommelingen in de toevoer van windenergie voor storingen in het elektriciteitsnet kunnen zorgen. ‘Maar met wat aanpassingen is dat wel te ondervangen’, zegt een woordvoerder. Wel moeten leveranciers van windenergie zelf opdraaien voor de kosten die Tennet maakt voor het compenseren van de schommelingen door bijvoorbeeld extra stroom in te kopen.

 

Initiatiefnemers van groene stroomprojecten rekenen maar wat graag voor hoeveel huishoudens ermee van elektriciteit voorzien kunnen worden. Misleidend, vinden de tegenstanders, want de vraag naar stroom voor huishoudelijk gebruik is maar een tiende van de totale energievraag. De industrie verbruikt veel meer.

 

Het aandeel van windenergie blijft marginaal, zeggen ze bij het NKPW. ‘Al die tweeduizend windmolens die nu in Nederland staan leveren samen net zo veel energie als de piepkleine kerncentrale van Borssele. Kernenergie zou dan ook als een serieuzere mogelijkheid gezien moeten worden’, zegt De Goederen.

 

Voordelen
Het veel gehoorde tegenargument dat het fabriceren, vervoeren en plaatsen van een windturbine meer energie kost dan de molen in zijn hele leven zelf bij elkaar kan draaien, is een fabeltje, zegt Jan van der Tempel, hoogleraar Civiele Techniek aan de TU Delft. Hij is wél groot voorstander van windenergie. ‘Een windmolen op land heeft de CO2-uitstoot die nodig was voor zijn eigen productie binnen drie tot zes maanden terugverdiend. Op zee duurt dat langer, het plaatsen is moeilijker. Maar doordat het daar ook harder waait, is de uitstoot van de productie en plaatsing na een jaar toch teruggewonnen.

 

Ook de problemen met schommelingen op het net vallen met moderne windturbines erg mee.’ Als het aan Van der Tempel ligt, gaar de overheid de komende jaren flink investeren in windenergie op zee. ‘De laatste jaren is het beleid te vaak veranderd. Dan weer wel subsidie, dan weer niet. Als je echt iets van windenergie wil maken, moet je bereid zijn te investeren in de nieuwe techniek.’

 

Duur
Het probleem blijft: windenergie op zee is duur. Vergeleken bij andere manieren om stroom te winnen, zoals met gas- en kolencentrales, zelfs zo duur dat de overheid flink bijbetaalt om ondernemers toch zo ver te krijgen in groene windenergie te investeren. Op de energiemarkt is een kilowattuur stroom zo’n 2,1 eurocent waard. De overheid past nog 9,7 eurocent per kilowattuur bij om ondernemers uit de kosten te helpen.

 

‘Er wordt wel heel veel belastinggeld ingestoken’, zegt Bernard van Praag, hoogleraar economie aan de Universiteit van Amsterdam, die onlangs een vlammend opiniestuk tegen windenergie in de NRC schreef.

 

Het Centraal Planbureau heeft berekend dat alleen bij een blijvend hoge olieprijs windenergie pas rond 2030 ook zonder subsidie geproduceerd kan worden. ‘Maar dat geldt net zo goed voor andere alternatieve energiebronnen’, zegt Van Praag.

 

De Dag, 3 april 2008