De eigenaar van het Duitse windmolenpark bij Bellingwolde moet een schadevergoeding van 75.000 euro betalen aan een gezin in buurtschap De Lethe.

 

Bewoners van Bellingwolde (Gr.) strijden al 8 jaar tegen een inmiddels gerealiseerd windmolenpark aan de Duitse kant van de grens. Zij botsen keer op keer tegen voor hun nadelige interpretaties van het Duitse recht en procederen door tot het Europese Hof.

 

Twee bewoners van een woning op circa 650 meter afstand van het windturbinepark zijn los daarvan een procedure voor schadevergoeding wegens hinder gestart. Het Duitse recht kent geen planschadevergoeding, dus wenden zij zich tot de civiele rechter (Rechtbank Groningen) en eisen schadevergoeding van de exploitant van het windpark. Na 6 jaar procederen is er op 7 november 2007 een vonnis van de Rechtbank, waarin aan hen schadevergoeding wordt toegekend.

 

De schadevergoeding betreft alleen de nachtelijke geluidshinder van de (dichtstbijzijnde) windturbine. Die stelt de rechtbank vast op € 25.000 voor de overlast voor de bewoners (immateriële schade) en € 50.000 voor de waardedaling van hun woning ten gevolge van de geluidshinder (materiële schade). In totaal dus € 75.000, nog vermeerderd met proceskosten, kosten van deskundige e.d. De exploitant van het windpark wordt veroordeeld om deze kosten te betalen.

 

Dit is het eerste vonnis in een civiele schadevergoedingsprocedure waarbij de hinder van een windturbine(park) in het geding is.

 

Helaas is de procedure nog niet ten einde, want de exploitant is in beroep gegaan bij het Gerechtshof Leeuwarden.

 

Het vonnis en uitgebreider commentaar daarop is te lezen in het ledendeel onder jurisprudentie:

‘Bellingwolde, vonnis civiele rechter’,

 

Roeland van Rooij, 07-11-2007.